Discipelschapstraining 3 Waarom word ik gesnoeid?

Copyright: Jan A. Baaijens, jongerenpastoraat

Vruchtdragende ranken worden gezuiverd

Jezus leert ons in Joh.15:1-3: ‘Ik ben de ware Wijnstok en Mijn Vader is de Wijngaardenier. Elke rank die in Mij geen vrucht draagt, neemt Hij weg; en elke rank die vrucht draagt, reinigt Hij, opdat zij meer vrucht draagt. U bent nu rein vanwege het woord dat Ik tot u gesproken heb.’

Reiniging en vrucht dragen horen bij elkaar

1. Welke ranken moeten er bij deze wijnstok worden weggenomen, en welke gereinigd? Wat zal er bij een gelovige moeten worden afgesnoeid?

De ranken die geen vrucht dragen, worden afgesneden, en de ranken die wel vrucht dragen worden gezuiverd. Het gaat over afsnijden of reinigen (afsnoeien, zuiveren en krenten). Alles wat de vrucht belemmert, wordt door de Vader (als de Wijngaardenier of de Landman) gezuiverd of afgesnoeid. Dat gebeurt door het woord van Jezus. Christenen die geen vrucht dragen, worden helaas verwijderd. Dat is een uiterst trieste zaak!  

Zorg er daarom voor dat je geen ongelovige of wettische kerkganger blijft. De wet geeft geen vernieuwing van binnenuit. Door de wet komt niemand in de Wijnstok. Vlucht door het geloof tot Jezus om niet eeuwig om te moeten komen!

2. Waarom hebben we blijvende reiniging nodig? 

We moeten worden gesnoeid, zodat de weg vrijkomt voor een krachtige doorstroming. Snoeien is steeds weer opnieuw nodig om de uitlopende takken hun gang niet te laten gaan. Deze hebben de neiging om na het dragen van vrucht sterk uit te groeien met nieuwe takken en veel bladeren. Deze activiteiten staan het opnieuw vrucht dragen de weg. Daar wordt teveel energie in gestoken, zodat er te weinig overblijft voor de ontwikkeling van de nieuw vrucht.

3. Welke activiteiten van ons staan het dragen van vrucht uit Christus in de weg?

De vader reinigt ons door het woord van Jezus. Dus niet door het afsnijdende werk van de wet, maar van het Evangelie. Reiniging is bovenal het werk van de Heilige Geest, al behoren wij ook onszelf te reinigen. We moeten volgens de catechismus de Heilige Geest in ons laten werken.

4. Wat weet je ervan dat het woord van Jezus wordt gebruikt voor het snoeiwerk en de geestelijke groei?

Veel vrucht tot eer van God

Jezus leert ons in Joh.15:8: ‘Hierin is Mijn Vader verheer­lijkt, dat u veel vrucht draagt; en u zult Mijn discipelen zijn.’ 

De gelovigen moeten zoveel mogelijk God verheerlijken en uit dankbaarheid goede werken (vruchten) voortbrengen voor Hem. Daartoe zijn ze ook uitverkoren (Joh.15:16). Wij dienen te streven naar ‘veel vrucht en naar blijvende vrucht tot verheerlijking van de Vader’ (Joh.15:8, 16).

Veel blijvende vrucht behoort dus normaal te zijn in het geestelijk leven. De volle bron van genade in een gezonde, volwassen gelovige stro­omt in deze vervulde gelovige vanzelf over. Volgens de Heidelberger Catechismus (in antw.64) is het ‘onmo­gelijk, dat, zo wie Christus door een waarachtig geloof ingeplant is, niet zou voortbrengen vruchten der dankbaarheid.’                                         

 5. Waarom moeten we streven naar het dragen van veel vrucht?

Bij veel gelovigen gaat het geestelijk leven na de tijd van de eerste liefde achteruit. Daardoor is er te weinig geestelijke vervulling en groei.

6. Herken je het in je eigen leven? Hoe zou dit komen?

7. Welke van de volgende oorzaken herken je? 

A. Ik heb moeite met geloofsbeproevingen.

B. Verdere bekering laat teveel op zich wachten.

C. Emotionele problemen zijn nog niet opgelost. 

D. Pijnlijke herinneringen uit het verleden zijn niet goed verwerkt. 

E. Ik word slecht begeleid en krijg ook wel verkeerde voorlichting.

G. Zonden zoals zelfzucht, vleselijk denken en hoogmoed belemmeren mij.

H. Ik begrijp nog te weinig van geestelijke groei en vervulling.

8. Waarom belemmeren emotionele beschadigingen en pijnlijke herinneringen een gezonde doorstroming? (Onderzoek dit verder op deze website bij geestelijk herstel en geestelijke vervulling.)

9. Denk eerst voor jezelf na over de volgende vier vragen. Probeer er daarna in de groep eens iets van te delen.

A. Hoe ben je wel eens flink gesnoeid in je leven?

B. Was het nodig?

C. Is dit goed voor je geweest?

D. Kun je achteraf zeggen: ‘daarom ben ik gesnoeid’? 

10. Ga eens in gesprek over de volgende vraagstukken:

– Ben je door het snoeien wel eens met vraagtekens blijven zitten? Weet je ook waarom?

– Kan het goed zijn dat er vraagtekens blijven in je leven?

– Iets wat bij ons krom is (zoals een vraagteken) kan bij ons niet recht gemaakt worden (zoals een uitroepteken). Hoe kan in het geloof een vraagteken toch een uitroepteken worden?

11. Kies een stelling uit om met ons te delen.Welke stelling spreekt je aan? Waarom? Daarna kan er ook nog iets gezegd worden van de overgebleven stellingen.

A. We moeten niet tevreden zijn met een dorre toestand 

B. Angstgevoelens en schuldgevoelens belemmeren de geestelijke doorstroming

C. Het dragen van vrucht bevordert het dragen van vrucht

D. Wettische en wereldse elementen zijn schadelijk voor de doorstroming van het zuivere Evangelie

E. We leven door Jezus en worden gereinigd door Zijn woord

F. Als er veel van Jezus in ons is, zal er weinig van onszelf in ons zijn 

12. Wat spreekt je aan in het lied Jezus vol liefde? Waarom?

Jezus vol liefde, U wilt ons leiden,

wij prijzen U als onze Heer.

Kom met Uw kracht, o Heer, en vul ons tot Uw eer,

kom tot Uw doel met ieder van ons.

Maak ons een volk Heer, heilig en rein,

dat U, Heer, volkomen steeds toegewijd zal zijn.

Samen bidden

Laten we samen bidden om herstel, reiniging, heiliging, toewijding, kracht en vervulling, opdat we mogen worden gevuld tot eer van God – om te komen tot Zijn doel met een ieder van ons. In het vertrouwen dat Jezus ons hierin zal leiden. Wij prijzen Hem als onze Heere en Koning.